Nederlandse bedrijven en de Joint Strike Fighter

Nederlandse bedrijven en de Joint Strike Fighter

Uit: ’t Kan Anders nr. 8, 2003

De Joint Strike Fighter blijft de gemoederen beroeren. Onlangs kregen weer een aantal bedrijven orders om voor het jachtvliegtuig onderdelen te produceren. Het gaat om Stork Fokker AESP (Hoogeveen, US$ 55 miljoen), ATS Keizen (Almelo, US$ 3,6 miljoen) en Thales Nederland. Met dit laatste bedrijf moet het contract nog getekend worden. In juli was er 95 miljoen aan opdrachten binnen. Volgens het luchtvaartblad ‘onze luchtmacht’ op 1 oktober voor bijna 150 miljoen euro. Daar komt het contract met Thales nog bij. Het lijkt er op of er schot in de bestellingen komt te zitten.
Aangezien het achterwege blijven van orders voor de Nederlandse defensie-industrie om tactische redenen een belangrijk argument tegen de aanschaf van de Joint Strike Fighter lijkt te worden binnen links en de vredesbeweging reden genoeg om ook andere argumenten nadrukkelijker naar voren te schuiven. In totaal verwacht Nederland orders ter waarde van 7,5 miljard euro (mogelijk wat aan de optimistische kant) voor het produceren van Joint Strike Fighters tot 2030. Dat betekent ze overal zullen vliegen van Indonesië tot Turkije en van Israël tot de Verenigde Staten. In totaal wordt in de komende 30 jaar het misdadige bedrag van 500 miljard US$ aan dit vliegtuig uitgeven.

Bronnen: Onze Luchtmacht oktober/november 2003, p. 42 (met een goed overzicht van opdrachten); Defense News 07/10/03 en NRC-Handelsblad 17/10/03.