Stork kan uit VS meer werk krijgen
Woensdag 30 januari 2008 – AMSTERDAM – Stork Aerospace en het Amerikaanse Pratt & Whitney (P&W), fabrikant van de motor van de JSF-straaljager, onderhandelen over uitbreiding van de samenwerking. Waarschijnlijk gaat dit tot extra opdrachten van P&W leiden. Dat is ook van belang voor Fokker Elmo, het Storkbedrijf in Woensdrecht dat de bekabeling van de JSF’s ontwerpt en maakt.
Dit is gisteren meegedeeld in Amsterdam, waar Stork en een delegatie van Pratt & Whitney samen de stand van zaken bij de ontwikkeling van de JSF-motor (de F135) en het Nederlandse aandeel daarin presenteerden.
De Amerikanen zijn zeer te spreken over de Nederlandse inbreng en met name over Stork. “Dit is het begin van een langdurige relatie”, zei P&W-kopstuk Cliff Stone. Volgens Erick Vink van Stork gaan de onderhandelingen over het maken van meer onderdelen van de F135-motor, maar óók over samenwerking bij de bouw van motoren van burgertoestellen.
Het is nog niet duidelijk wat dit Elmo concreet oplevert. Vink zei wel dat de kabelbomen voor de JSF straks voor een deel ook in Storks nieuwe fabriek in Turkije zullen worden gemaakt. “Maar het ‘intelligente’ werk blijft in Nederland.”
Stone bleek goed op de hoogte van ‘Maintenance Valley’, het plan om Zuidwest-Nederland tot een centrum van onderhoudsindustrie te maken. Het verwerven van het onderhoud van de JSF-motoren is daarbij een kernpunt. Stone steunt het plan, maar hij kon niet garanderen dat Nederland het onderhoud krijgt. Tot rond 2020 valt er trouwens weinig te doen, want pas dan zijn de motoren van de eerste JSF’s aan groot onderhoud toe. De JSF moet in 2012 vliegen.
Stork en P&W praten over verdere samenwerking, óók op het terrein van de burgerluchtvaart. Dat biedt Fokker Elmo in Woensdrecht wellicht kansen.
