26 februari 2013, Opinie, door DeWereldMorgen Vertaaldesk, Frank Slijper
Welke de toekomstige regering van Syrië ook zal zijn, Europa mag de vorming ervan niet zien als een gelegenheid om wapens te verkopen. Dat schrijft Frank Slijper, woordvoerder van de Nederlandse Campagne tegen Wapenhandel.
Maandenlang heeft de Britse regering aangedrongen op een amendement op het wapenembargo dat de Europese Unie heeft afgekondigd tegen Syrië (*).
De Britse regering wil zo pogen om de militaire steun te vergroten aan de diverse rebellengroepen die vechten tegen de Syrische regering van president Bashir al-Assad. Het voorstel om wapens te leveren aan de Syrische rebellen staat momenteel opnieuw op de agenda. Intense diplomatieke druk heeft een eerste barst in het embargo veroorzaakt, hoewel de details nog ontbreken.
In december schreef de Britse minister voor Europese Zaken David Lidington: “We hebben het wapenembargo (en het sanctiepakket) van de Europese Unie succesvol geamendeerd door het instellen van een verlengingstermijn van drie maanden. Nu zullen we nieuwe argumenten aanreiken die een amendement op het wapenembargo onderbouwen vóór de deadline afloopt einde maart 2013. Die manier van werken moet ons voldoende flexibiliteit bieden om de praktische ondersteuning van de Syrische oppositie te vergroten.”
Om de steun te winnen van een meerderheid van de EU-leden, die voor een voortzetting van het huidige embargo gewonnen zijn, stelde het Verenigd Koninkrijk voor om op z’n minst ‘niet-dodelijke’ veiligheidsuitrustingen die onder het huidige embargo vallen – zoals kogelvrije vesten, detectoren voor chemische producten en communicatieapparatuur – toe te laten.
Toen de Britse minister van Buitenlandse Zaken William Hague gevraagd werd of zijn land het wapenleveringen aan de rebellen uitsloot, zei hij: “We houden alle opties open. We sluiten geen enkele mogelijkheid uit, gezien de verslechterende situatie op het terrein en het feit dat er op dit moment geen einde van de strijd in zicht is.”
Hoe zou het embargo versoepeld kunnen worden? The Times berichtte dat de levering van radarapparatuur overwogen wordt. Aankomende vliegtuigen zouden zo kunnen worden opgemerkt – en neergeschoten.
Diplomatieke bronnen bevestigden aan The Guardian dat Frankrijk het wapenembargo had omzeild door simpelweg ‘grote sommen cash’ te geven aan de Syrische gewapende oppositie, die het geld dan gebruikte om wapens en munitie te kopen. Dat komt bovenop de wapensteun van Saoedi-Arabië en Qatar aan facties die de troepen van Bashar al-Assad bestrijden.
Met al zoveel wapens in het land aanwezig – inclusief de oorlogswapens die al sinds lang geleverd zijn door de trouwe Assad-bondgenoten Rusland en Iran – zijn meer wapens wel het laatste wat dit verschrikkelijke conflict nodig heeft.
Diplomaten en experts hebben verklaard dat voor dit conflict geen militaire oplossing bestaat. Méér wapens zullen waarschijnlijk het conflict alleen maar verlengen en de kansen op een vreedzame oplossing verkleinen. De bewapening van rebellen en oppositiegroepen zal onvoorziene langetermijngevolgen hebben voor Syrië en de hele regio.
“Diplomaten en experts hebben verklaard dat voor dit conflict geen militaire oplossing bestaat. Méér wapens zullen waarschijnlijk het conflict alleen maar verlengen en de kansen op een vreedzame oplossing verkleinen. De bewapening van rebellen en oppositiegroepen zal onvoorziene langetermijngevolgen hebben voor Syrië en de hele regio”
Onder de diverse anti-Assad-groepen zijn er nogal wat die een onbekende agenda nastreven; sommige gewapende groepen zijn uitgesproken sektarisch van aard. In dit stadium van het conflict is het onmogelijk om te zeggen welke machtsstructuren aan beide zijden zullen worden gevormd of welke vorm de toekomstige Syrische overheidsstructuren zullen aannemen.
Zoals veel lidstaten heeft ook de Hoge Vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid, Catherine Ashton, sterke reserves tegen een versoepeling van het wapenembargo.
“Wapenleveringen zouden een nieuw militair evenwicht op het terrein tot stand kunnen brengen. Maar ze zouden ook leiden tot een verdere militarisering van het conflict. Het risico op de verspreiding van extremistische groeperingen en op de proliferatie van wapens in het Syrië na Assad zou alleen maar groter worden”, verklaarde Ashton volgens een interne paper.
Alle energie moet daarom gefocust worden op het laten ontwikkelen van een democratisch en vreedzaam Syrië en op het ondersteunen van diplomatieke, politieke en andere niet-gewelddadige acties om tot een oplossing te komen. Militaire antwoorden op het conflict ondermijnen de inspanningen om een oplossing te onderhandelen en de burgerbevolking maximaal te beschermen. Onderhandelingen met alle relevante partijen zijn de enige haalbare weg vooruit.
“Alle energie moet daarom gefocust worden op het laten ontwikkelen van een democratisch en vreedzaam Syrië en op het ondersteunen van diplomatieke, politieke en andere niet-gewelddadige acties om tot een oplossing te komen”
De EU moet het wapenembargo voor alle bij het Syrische conflict betrokken partijen handhaven en zich ervan verzekeren dat wapens die de EU aan derde landen levert, zoals Saoedi-Arabië en Qatar, niet doorgesluisd zullen worden naar een factie in Syrië.
De EU moet ook druk blijven uitoefenen op landen die – openlijk of heimelijk – militaire steun geven aan de anti-Assad-milities om dergelijke steun te beëindigen. De EU moet evenzo Rusland en andere toevoerlanden onder druk zetten om geen wapens meer te leveren aan de Syrische regering.
Tezelfdertijd moeten de Europese regeringen meer middelen toekennen voor humanitaire hulp aan Syrische vluchtelingen en ontheemden. Welke de toekomstige regering van Syrië ook zal zijn, Europa mag de vorming ervan niet zien als een gelegenheid om meer wapens te verkopen.
Zoals de Luxemburgse vicepremier Jean Asselborn zegt: “Er zijn veel dingen te kort in Syrië, maar geen wapens. Méér wapens zullen allen nog maar meer doden tot gevolg hebben.”
Frank Slijper
Frank Slijper is onderzoeker en lobbyist bij de Nederlandse Campagne tegen Wapenhandel, aangesloten bij het European Network Against Arms Trade (ENAAT).
(*) De Europese Unie heeft op 9 mei 2011 een wapenembargo ingesteld tegen Syrië. Maar terecht stelt Tomas Baum van het Vredesinstiuut van het Vlaamse parlement: “Vandaag is er bijvoorbeeld een Europees embargo van kracht tegen Syrië. Saoedi-Arabië maakt er geen geheim van dat het groepen in Syrië bewapent, en toch wordt veel wapenexport naar het land vergund. In het licht van consistente Europese regels inzake wapenexport, stelt zich hier een duidelijk probleem.”
In de praktijk is het stoppen van de wapensmokkel naar Syrië voor het Westen net zo min een prioriteit als het bewapenen van de rebellen van het Vrije Syrische Leger. Zo kunnen Qatar en Saoedi-Arabië hun invloed in Syrië vergroten. Doorslaggevend is die wapenhandel en -smokkel niet, maar het houdt het conflict wel gaande en neemt alvast een hypotheek op komende conflicten en oorlogen.
(vertaling uit het Engels door Francis Doornaert)
zie: http://www.dewereldmorgen.be/artikels/2013/02/26/syrie-heeft-niet-meer-wapens-nodig-handhaaf-het-eu-wapenembargo