Nieuwe Nederlandse wapenexportcijfers 2007-2008

Korte berichten wapenhandel – Vredesmagazine december 2008

Frank Slijper

De afgelopen maanden zijn door de regering weer nieuwe gegevens gepubliceerd over de Nederlandse wapenexport, te weten over 2007 en over de eerste helft van 2008. Uit onderstaande overzichten vallen een aantal zaken op.

Allereerst natuurlijk Indonesië met exporten die nog voortvloeien uit de korvettenorder van een paar jaar geleden, en inmiddels goed voor een bedrag van bijna 600 miljoen euro. Die, en nog enkele andere orders, maken Indonesië de belangrijkste niet-NAVO bestemming voor Nederlandse wapenexporten van de afgelopen tien jaar. Daarbij is nog niet de order van enkele tientallen miljoenen euro’s geteld die Jakarta eerder dit jaar bij Thales Nederland plaatste, een opdracht die bekend werd via de website van kredietverzekeraar Atradius, die namens de Staat de export herverzekert.

Andere opvallende bestemmingen zijn twee sultanaten: golfstaat Oman en het kleine, aan Maleisië grenzende Brunei. Eerstgenoemde kocht voor ruim honderd miljoen euro marine apparatuur bij Thales Nederland voor in Engeland gebouwde marineschepen. In 2006 waren ook al exportvergunningen voor Oman ter waarde van 20 miljoen euro afgegeven. In het geval van Brunei is nog onduidelijk om wat voor materieel het gaat.

Voor de rest veel afzet bij NAVO landen, waaronder uiteraard ook veel onderdelen in het kader van zogenaamde compensatieorders. Dergelijke componenten, bijvoorbeeld van de Apache gevechtshelikopter (zie foto: IAE Apache beschiet doelen) of de F-16, gaan veelal naar de VS, waar ze door de fabrikant in het uiteindelijke wapensysteem geïntegreerd worden en vervolgens bij de klant terecht komen. Zo hebben de afgelopen paar jaar bijvoorbeeld Koeweit, Saoedi-Arabië en Taiwan Apaches gekocht; Turkije en Marokko F-16s. Maar een dergelijke eindbestemming laten de overheidscijfers nooit zien. Dat zou immers alleen maar tot allerlei ingewikkelde vragen leiden, waarvan je met een eindbestemming VS duidelijk minder last hebt.

Een deels vergelijkbaar systeem is nu overigens in de maak voor de Europese markt. Naar verwachting zal het Europees Parlement nog voor het einde van 2008 instemmen met een pakket voorstellen dat wapenhandel binnen de EU goeddeels vrijlaat. De maatregelen dienen op papier een globaliserende industrie, die met gebruikmaking van zogenaamde globale vergunningen eenvoudig wapenonderdelen tussen Europese filialen en productiepartners kan vervoeren. Maatschappelijke organisaties vrezen echter dat de nieuwe regels ten koste van de controle op wapenhandel gaan. Die komt nu vooral te liggen bij het laatste land van bestemming, voordat een wapensysteem de Unie verlaat. Een land als Nederland dat vooral veel wapenonderdelen maakt, krijgt pas achteraf, vaak wanneer het eindproduct allang het land van eindbestemming heeft bereikt, daarover informatie van de regering van het EU ‘exitland’. Naast verlies van controle ontstaat daarmee ook verlies van informatie, een punt waarop juist de afgelopen jaren veel winst was geboekt.

 

Belangrijkste bestemmingen Nederlandse wapenexport 1e helft 2008 (miljoenen euro’s):

 1. Indonesië                            315
 
2. Overige NAVO                    68
 3. Canada                                66
 4. Duitsland                              39 
 
5. Verenigde Staten                  38
 6. Turkije                                 19
 7. Verenigd Koninkrijk             18
 8. Brunei                                  12
 9. Taiwan                                   8
10. Frankrijk                               5
11. Griekenland                           5
12. Japan                                    4
13. Pakistan                                4
14. Jordanië                                3
15. Egypte                                   3

 
Belangrijkste bestemmingen Nederlandse wapenexport 2007 (miljoenen euro’s):

 1. Denemarken                       171
 
2. Verenigde Staten                123
 3. Oman                                 101
 4. Overige NAVO                    87
 5. Duitsland                              71
 6. Spanje                                  67
 7. Frankrijk                              47
 8. Verenigd Koninkrijk             42
 9. Italië                                     24
10. Zweden                               23
11. India                                    22
12. Egypte                                 15
13. Chili                                    12
14. Japan                                    8
15. Saoedi-Arabië                       8

 
 

De reeks smeergeldaffaires rond de Britse fabrikant BAE Systems, het voormalige British Aerospace, houdt maar niet op. Aan dit vervolgverhaal kan weer een nieuwe episode worden toegevoegd. Ditmaal is de aandacht verlegd van Saoedi-Arabië naar Zuid-Afrika. Eind jaren negentig werd daar op de vleugels van het post-apartheid regime een mega wapendeal door marine en luchtmacht afgesloten met verschillende Europese wapenfabrikanten met een geschatte waarde 6,5 miljard dollar. Indertijd leidde de aankoop tot een stroom van protest, omdat het nut van de megaorder breed werd betwist en armoede en de interne veiligheid veel dringender problemen waren dan de mogelijke inval van een buitenlandse mogendheid. Dergelijk grote verkopen zijn bovendien een garantie voor smeergeld en in Zuid-Afrika blijkt dat niet anders te zijn.

De afgelopen jaren werden meerdere onderzoeken gestart op basis van aanhoudende verhalen van corruptie bij de Zuid-Afrikaanse orders, ondermeer bij vliegtuigfabrikant EADS, het Franse Thales en het German Submarine Consortium, waarin ondermeer MAN Ferrostaal en ThyssenKrupp zitten. Een aantal onderzoeken werden ook ingesteld en een enkele keer leidden die tot veroordelingen, zoals bij de zakenman Schabir Shaik, een vertrouweling van voormalig vice-president Jacob Zuma. Hoewel die zelf buiten schot bleef leidde de zaak in september tot een grote politieke crisis en het vertrek van ANC leider en president Mbeki.

Eind november kwam daar een inval van de Zuid-Afrikaanse politie bij kantoren van BAE Systems bovenop. Dat bedrijf was, samen met het Zweedse Saab, verantwoordelijk voor de verkoop van Hawk en Gripen jachtvliegtuigen aan de Zuid-Afrikaanse luchtmacht. Volgens gelekte documenten zou BAE 100 miljoen pond smeergeld hebben betaald voor de order ter waarde van 1,6 miljard pond.

bredenkampEen van de betrokkenen bij die deal was John Bredenkamp, die jarenlang voor BAE de vertegenwoordiger in zuidelijk Afrika was. Bredenkamp behoorde tot voor kort tot de intimi van de Zimbabwaanse president Mugabe en staat om die reden met zijn bedrijven op een zwarte lijst van de Amerikaanse overheid; verder is hij in verband gebracht met verschillende dubieuze of zelfs illegale wapenleveranties. De voormalige tabaksinkoper van Niemeijer had jarenlang de Nederlandse nationaliteit. Ondanks een gerechtelijk onderzoek naar de man blijkt nu pas dat hij al in 2000 zijn Nederlandse nationaliteit is kwijtgeraakt. SP-er Van Velzen heeft Kamervragen over de kwestie gesteld. Voor de Quote-500 is Bredenkamp nog altijd Nederlander, met een geschat vermogen van 230 miljoen euro vooralsnog goed voor een 138e plek. Voor zijn bemoeienis met de Zuid-Afrikaanse order zou hem door z’n bazen in Londen 40 miljoen pond zijn betaald.

Onder leiding van Nobelprijswinnaars Desmond Tutu en De Klerk is huidig president Motlanthe nu gevraagd een breed onderzoek in te stellen dat eens en voor altijd de onderste steen boven moet krijgen. Opdat hopelijk eindelijk duidelijk wordt hoe politici zich lieten corrumperen door Europese bedrijven die in hun jacht op broodnodige wapenorders kwistig met steekpenningen strooiden en de Zuid-Afrikaanse samenleving het kind van de rekening werd.

(zie ondermeer: David Leigh en Rob Evans, ‘BAE paid ₤100m to secure South African arms deal, police files allege”, The Guardian, 5 december 2008)